Onlangs las ik “De weg van de minste weerstand” van Robert Fritz. In dat boek ageert Fritz tegen probleemoplossend denken (en werken) en promoot hij een creërende werkwijze.

Scheppen en problemen oplossen zijn twee fundamenteel verschillende benaderingen.

Probleemoplossing is iets doen om het een of ander te laten verdwijnen – het probleem. Scheppen is iets doen om het een of ander te laten ontstaan – de creatie.

Fritz betoogt dat wij overwegend zijn opgegroeid in de traditie van het problemen oplossen en dat we het creëren onvoldoende hebben leren kennen. En alleen door te creëren kunnen we dingen scheppen die passen bij onze wensen. Problemen oplossen verandert nauwelijks iets aan het bestaande het levert hooguit enige tijdelijke verbetering.

Problemen blijven door een probleemoplossende benadering zelfs in stand. Acties om het probleem op te lossen leiden ertoe dat het probleem minder wordt waargenomen, daardoor verslappen de acties die voor de tijdelijke oplossing zorgden en daarmee komt het probleem na verloop van tijd weer terug.

Creëren begint niet bij de huidige omstandigheden, maar bij de creatie. Het startpunt is fundamenteel anders. Je start niet vanuit de beperkingen en vanuit bestaande problemen maar met hetgeen je tot stand wilt brengen.

Het is niet zo dat je niet naar het bestaande kijkt, maar het is niet het vertrekpunt. Dat is het te creëren resultaat. De tweede stap in het creatieproces is te kijken wat er al is om vervolgens in actie te komen en naar het eindresultaat toe te werken. Eigenlijk precies wat je bij projecten doet, bedacht ik. Ook daar is het essentieel te starten met het te creëren resultaat.

Als je bepaalt wat je wilt, dan moet je dat doen los van allerlei procesmatige overwegingen en los van de vraag naar haalbaarheid. Dat komt later wel.

Daarna is het zeker niet zo dat alle acties je rechtstreeks naar je doel leiden. Nee, vaak niet.

De kunst van het scheppen ligt vooral in je vermogen datgene wat je al hebt gedaan aan te passen of te corrigeren.

Door iets in een bepaald metier steeds weer te doen, wordt je er vanzelf steeds beter in. In mijn woorden: dat leidt tot vakmanschap.

Veel pogingen tot verandering opereren binnen een structureel conflict. Zo’n structureel is, zoals eerder gesteld, onoplosbaar, het blijft in stand. Fritz betoogt dat je een andere “structuur” nodig hebt om hieruit te komen. Die structuur “moet prioriteit krijgen boven de oude structuur, zodat de weg van de minste weerstand wordt verlegd en de energie zich gemakkelijk langs die nieuwe weg kan bewegen.

Scheppen gebeurt vanuit een discrepantie tussen je visie en de huidige werkelijkheid. Een discrepantie waar scheppers wel waardering voor hebben, het levert de energie voor het creatieproces. “De discrepantie tussen wat je wilt en wat je op zeker ogenblik hebt, vormt de belangrijkste structuur binnen het creatieve proces, namelijk de structurele spanning.

Scheppers zijn geen “dromers”, je hebt een duidelijke visie en een juist besef van de werkelijkheid nodig om je droom tot werkelijkheid te laten komen.

Fritz brengt zijn visie met overtuiging. Dat creëren krachtiger is dan problemen oplossen, daar ben ik ook van overtuigd. Of problemen oplossen echt altijd tegengesteld is aan creëren, daar ben ik minder van overtuigd. Om bij je doel te komen lijkt het mij onontbeerlijk zo nu en dan wat problemen op te lossen.

 

Citaten uit “De weg van de minste weerstand.

De weg van de minste weerstand”" bij bol.com