Individuele dieren passen zich slechts heel beperkt aan veranderende omstandigheden aan. De cyclus van geboorte en dood gaat ook bij gewijzigde omstandigheden door. Althans vaak wel. De individuele dieren met eigenschappen die beter passen bij de gewijzigde overlevingskansen hebben betere overlevingskansen en daarmee eveneens een grotere kans dat zij hun eigenschappen via hun genen doorgeven aan volgende generaties. Daardoor kan in de loop van de tijd een nieuwe soort ontstaan.

Niet de levende individuen passen zich dus aan nieuwe werkelijkheden aan. Nee, er vindt een zeer geleidelijke verandering plaats doordat individuen de genenpool doorgeven die hen in hun specifieke omstandigheden succesvol maakt. Want, zij overleven meer dan hun broeders die de juiste eigenschappen missen en zij zorgen voor meer nakomelingen.

Misschien gaat het met bedrijven wel net zo. Veel bedrijven zijn slechts enigszins in staat te veranderen en om zich aan te passen aan nieuwe omstandigheden. Maar, de bedrijven met de in een tijd en op een bepaalde plaats gunstigste eigenschappen overleven. De managementkennis en –cultuur die daarbij hoort wordt doorgegeven binnen het bedrijf. Nieuwe bedrijven die in het kielzog van deze bedrijven ontstaan en de mensen die succesvol zijn binnen de overlevende bedrijven geven bij nieuwe of andere bedrijven een impuls om daar dezelfde managementcultuur tot stand te laten komen. Dit kan tot verandering leiden.

Tegelijkertijd moet je constateren dat bedrijven, maar ook de heersende managementcultuur, zo weinig veranderbereid en verandercapabel zijn, dat de kans groot is dat juist de oude niet werkende cultuur zeer veel wordt doorgegeven. Dat betekent niet veel goeds voor die bedrijven in het bijzonder en voor de economie in het algemeen.

Hoewel, jonge (onbesmette) starters zorgen wellicht weer voor voldoende vernieuwing om de economie van nieuwe brandstof te voorzien.

 

Dit blog is eerder op mijn oude blog geplaatst